
Bestuurders handelden niet onrechtmatig door stichting te ontbinden via turboliquidatie
Een scholenstichting sluit haar deuren en zegt de huurovereenkomst op. Via een turboliquidatie wordt de stichting opgeheven. In dit geval zijn de bestuurders niet persoonlijk aansprakelijk voor de schade van de verhuurder.
Een man verhuurt een pand aan een stichting, die hierin een school exploiteert. Op een gegeven moment wordt de school opgeheven, vooral omdat er te weinig docenten zijn. De verhuurder stelt dat zonder tijdige opzegging de verplichtingen uit de huurovereenkomst niet eindigen en de bestuurders daarvoor hoofdelijk aansprakelijk zijn. Huurder en verhuurder zijn het oneens over de vraag of de turboliquidatie op juiste wijze heeft plaatsgevonden en of de huurders aansprakelijk zijn voor de schade (de komende twintig maanden misgelopen huurinkomsten) die de verhuurder stelt te lijden. De verhuurder stapt naar de rechtbank Zeeland-West-Brabant.
Aansprakelijkheid
Indien een rechtspersoon (zoals een stichting) een verbintenis niet nakomt, is in principe alleen de rechtspersoon aansprakelijk voor de schade. Soms is een bestuurder ook aansprakelijk, maar niet voor een ‘gewone’ fout of vergissing, wel als aan hem persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Voor iedere bestuurder moet afzonderlijk worden vastgesteld dat hij onrechtmatig heeft gehandeld en dat dit handelen (of nalaten) aan hem kan worden toegerekend. Van een ernstig verwijt kan sprake zijn als vaststaat dat de bestuurder wist of behoorde te begrijpen dat de handelwijze van de rechtspersoon tot gevolg zou hebben dat deze haar verplichtingen niet zou nakomen en ook geen verhaal zou bieden. Betalingsonmacht van de rechtspersoon levert nog geen persoonlijk ernstig verwijt op.
Zwaar weer
De school had het al langer zwaar maar betaalde toch steeds de huur. Pas toen meerdere docenten vertrokken, bleek een nieuw schooljaar onhaalbaar. Dat konden de bestuurders niet voorzien. Het ‘late’ opzeggen van de huurovereenkomst is dus niet onrechtmatig.
Turboliquidatie
De huurder stelt ook nog dat de bestuurders ten onrechte gebruik hebben gemaakt van een turboliquidatie, waardoor de verhuurder geen verhaal meer kon halen. De rechtbank stelt dat een rechtspersoon kan worden ontbonden zonder vereffening, als er maar geen baten zijn of zijn te verwachten. Op zich leidt een turboliquidatie niet tot persoonlijke aansprakelijkheid van bestuurders, alleen als hen persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt van het onbetaald blijven van een schuldeiser. Dat kan het geval zijn indien vereffening na ontbinding achterwege wordt gelaten terwijl er wel baten en een schuldeiser aanwezig waren.
Geen bestuurdersaansprakelijkheid
De verhuurder moet dan aannemelijk maken dat hij in geval van vereffening wel enige betaling zou hebben ontvangen – en dat heeft hij niet. De stichting omvatte nagenoeg geen te gelde te maken activa; een faillissement had niet meer opgeleverd. Nu er geen baten waren, was een turboliquidatie de aangewezen weg om de stichting af te wikkelen. De bestuurders hebben daarmee niet onrechtmatig gehandeld en kunnen dus niet aansprakelijk worden gehouden voor de schade van de verhuurder. Er is geen sprake van bestuurdersaansprakelijkheid, de bestuurders hoeven geen schade te vergoeden.